Voor Corendon is veiligheid tijdens onze vluchten de belangrijkste randvoorwaarde. Een belangrijk onderdeel hiervan is het kiezen van veilige vliegroutes. Corendon past hiervoor de regels toe zoals deze terug te vinden zijn in de luchtvaartpublicaties, zoals de Notices to Airmen (NOTAM’s). Om te bepalen of een vluchtroute voldoende veilig is, vindt daarnaast voor elke voorgenomen vluchtroute een risicoanalyse plaats. Hierin wordt ook het risico dat voortkomt uit het overvliegen van conflictgebieden meegenomen. Voor deze risicoanalyse wordt informatie gebruikt uit publieke bronnen zoals EASA Conflict Zone Information bulletins (CZIB’s)*, informatie van collega-luchtvaartmaatschappijen en vertrouwelijke dreigingsinformatie vanuit de Nederlandse expertgroep ‘Overvliegen’. In die expertgroep wordt een integraal dreigingsbeeld bepaald op basis van alle beschikbare informatie. Als er veiligheidsredenen zijn om een gebied te vermijden, passen we onze vliegroutes aan.

De gekozen vluchtroute zal daarnaast ook afhangen van de weeromstandigheden, de verkeersdrukte en de beschikbare routes op het moment van vliegen.

De genoemde risicoanalyse is onderdeel van ons veiligheidsmanagementsysteem. Het toezicht op ons veiligheidsmanagementsysteem ligt bij de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) van het Ministerie van I&W. ILT zelf staat onder toezicht van de Europese toezichthouder op het gebied van luchtvaartveiligheid, EASA.

Mocht je nog vragen hebben over je vliegroute, dan kun je deze via het Corendon Contact Center stellen.

*De EASA CZIB’s bevatten informatie en/of aanbevelingen en schrijven geen dwingende instructies voor.